42. Wat ben je bleek

‘Eindelijk,’ riep Marguerite, terwijl ze me om de hals viel. ‘Daar ben je. Wat ben je bleek!’
Ik vertelde haar van de scène met mijn vader.
‘O hemel, ik was er al bang voor,’ zei ze. ‘Toen Joseph hier was om de komst van je vader te melden, werd het me koud om het hart. Mijn arme vriend, wat een verdriet bezorg ik je! Misschien is het beter dat je me verlaat en niet in conflict raakt met je vader. Maar ik heb hem toch niets gedaan? We leven hier stil, we gaan nog veel stiller leven. Hij moet snappen dat je een maîtresse hebt en hij zou blij moeten zijn dat ik dat ben, want ik houd van je en ik wil niet meer dan jouw positie toelaat. Heb je hem verteld hoe we onze toekomst willen inrichten?’
‘Ja, en daar werd hij bozer van dan van al het andere, want toen hij zag hoe vastbesloten ik was, begreep hij hoeveel we van elkaar houden.’
‘Wat moeten we doen?’
‘We blijven samen, lieveling, en we laten deze bui overdrijven.’
‘Zál hij overdrijven?’
‘Dat moet wel.’
‘Maar je vader zal het er niet bij laten.’
‘Wat kan hij doen?’
‘Dat weet ik niet. Alles wat een vader kan doen om te zorgen dat een zoon hem gehoorzaamt. Hij zal je herinneren aan mijn vroegere leven. Misschien vereert hij me zelfs met een paar verzonnen verhalen om te zorgen dat je me verlaat.’
‘Je weet dat ik van je houd.’
‘Ja, maar ik weet ook dat je vroeger of later moet buigen voor je vader. Uiteindelijk zal dat gebeuren.’
‘Nee Marguerite, ik zal hém overtuigen. Het zijn de fratsen van een paar van zijn vrienden die hem zo boos maken. Maar hij is een goed mens, rechtvaardig, hij zal zijn oordeel bijstellen. Maar hoe dan ook, wat kan het mij schelen!’
‘Zeg dat niet Armand. Ik zou niet willen dat er wordt gedacht dat ik er de oorzaak van ben dat jij een conflict hebt met je familie. Slaap er een nachtje over en ga morgen terug naar Parijs. Je vader zal er over hebben nagedacht, net als jij, en misschien begrijpen jullie elkaar dan beter. Respecteer zijn principes, laat hem denken dat je toegeeft. Wek de indruk dat je niet zoveel om mij geeft, en hij zal het er bij laten. Heb hoop, lieveling, van één ding kun je zeker zijn, en dat is dat je Marguerite wat er ook gebeurt, de jouwe zal zijn.’
‘Zweer je dat?’
‘Moet ik dat zweren?’
Wat laat je je graag overreden door de stem van iemand die van je houdt. De hele dag bleven Marguerite en ik doorpraten over onze plannen. Het was of we aanvoelden dat we ze sneller moesten realiseren. We verwachtten ieder ogenblik dat er iets zou gebeuren. Maar gelukkig deden zich die dag geen nieuwe ontwikkelingen voor.
De volgende dag vertrok ik om tien uur. Tegen de middag was ik bij het hotel van mijn vader.
Hij was al vertrokken. Ik ging naar mijn appartement, in de hoop dat hij misschien daar heen was gegaan. Nee dus. Ik ging naar mijn notaris. Niemand.

Ik ging terug naar het hotel en wachtte tot zes uur. Meneer Duval kwam niet terug.
Ik vertrok weer naar Bougival.
Marguerite stond niet op me te wachten, zoals gisteren. Ze zat in een hoekje bij het vuur dat in die tijd van het jaar al aan was. Ze was zo diep in gedachten dat ik naar haar toe kon lopen zonder dat ze het merkte. Toen ik mijn lippen op haar voorhoofd drukte, huiverde ze, alsof ze door die kus was wakker geschrokken.
‘Je maakte me bang,’ zei ze. ‘En je vader?’
‘Ik heb hem niet gezien. Ik weet niet wat dat heeft te betekenen. Hij was niet in het hotel en ook niet op een van de plekken waar je hem zou kunnen verwachten.’
‘Dan moet je morgen opnieuw beginnen.’
‘Ik wil liever afwachten wat hij van me wil. Ik heb, lijkt me, alles gedaan wat ik moest doen.’
‘Nee lieveling, je hebt nog niet genoeg gedaan. Je moet opnieuw naar hem toe gaan, morgen al.’
‘Waarom morgen al? Het kan toch op een andere dag?’
‘Omdat,’ Marguerite leek me even te blozen, ‘omdat je zo kunt laten zien hoe belangrijk je het vindt. Des te eerder zal hij je vergeven.’
De hele rest van de dag was Marguerite bezorgd en verstrooid en triestig. Ik moest alles twee keer tegen haar zeggen voor ik een antwoord kreeg. Ze schreef haar bezorgdheid toe aan de schrik die ze had gehad door de gebeurtenissen van de laatste twee dagen.
Ik was de hele nacht bezig haar gerust te stellen, en de volgende ochtend stuurde ze me weg met een ongerustheid waarvan ik eigenlijk niets begreep.
Mijn vader was er niet, net als de dag tevoren. Maar hij had bij zijn vertrek een brief voor me achtergelaten:
[Verder lezen]

Reacties

Populaire posts van deze blog

1. Een veiling

3. Marguerite Gautier

2. Het boudoir van een lichte vrouw