48. Olympe

Het was een begin, maar het was me niet genoeg. Ik zag hoeveel macht ik over deze vrouw had, en ik maakte daar laf misbruik van. Als ik bedenk dat ze nu dood is, vraag ik me af of god me ooit zal vergeven wat ik heb gedaan.
Na een souper, dat rumoeriger was dan ooit, ging men aan de speeltafel.
Ik ging naast Olympe zitten en ik liet mijn geld zo onbeschaamd rollen dat het haar wel móest opvallen. Voor ik het wist had ik honderdvijftig, tweehonderd louis d’or gewonnen, die ik voor me op tafel legde, en waar ze haar ogen niet vanaf kon houden.
Ik was de enige speler die niet helemaal geabsorbeerd was door het spel, want ik hield haar in het oog. De hele rest van de nacht bleef ik winnen, en ik gaf haar geld om mee te spelen, want ze verloor alles wat voor haar op tafel lag, en waarschijnlijk ook alles wat ze bij zich had.
Om vijf uur ’s ochtends stopte men.
Ik had driehonderd louis d’or gewonnen.[1]
Alle spelers waren al naar beneden gegaan, alleen ik was achtergebleven – onopgemerkt want ik was niet bevriend met een van de heren.
Olympe lichtte me zelf bij toen ik, net als de anderen, naar beneden wilde gaan, maar toen draaide ik me naar haar om en zei:
‘Ik wil met je praten.’
‘Morgen,’ zei ze.
‘Nee, nu.’
‘Wat is er?’
‘Een ogenblik.’
Ik ging het appartement weer in.
‘Je hebt verloren, he?’ zei ik.
‘Ja.’
‘Alles wat je bij je had?’
Ze aarzelde.
‘Zeg het maar gewoon.’
‘Nou ja, dat klopt.’
‘Ik heb driehonderd louis gewonnen. Ze zijn van jou als ik mag blijven.’
Ik gooide het geld op tafel.
‘Waarom dit voorstel?’
‘Ja verdomme, omdat ik verliefd op je ben.’
‘Nee, je bent verliefd op Marguerite. En je wilt je op haar wreken door mijn minnaar te worden. Zo gemakkelijk bedrieg je een vrouw als mij niet, beste vriend. Maar jammer, ik ben nog te jong en te mooi om de rol op me te nemen die je me voorstelt.’
‘Dus je weigert?’
‘Ja.’
‘Wil je me dan liefhebben zonder dat het me iets kost? Dat zou ik weer niet accepteren. Denk na, lieve Olympe, als ik iemand naar je toe had gestuurd met driehonderd louis op de voorwaarden die ik hier stel, dan zou je die hebben geaccepteerd. Ik doe liever rechtstreeks zaken met je. Je moet niet nadenken over mijn drijfveren. Zeg tegen jezelf: “Ik ben mooi, en er is niets vreemds aan dat hij verliefd op me is.”’
Marguerite was een meisje van plezier, net als Olympe, maar ik had haar, toen ik haar voor het eerst zag, nooit durven zeggen wat ik tegen deze vrouw zei. Op Marguerite was ik echt verliefd. Ik had gevoeld dat ze anders was dan deze vrouw, en op het moment zelf dat ik haar dit handjeklap voorstelde walgde ik van haar, ondanks haar grote schoonheid.
Ze nam mijn voorstel overigens aan en de volgende middag verliet ik haar appartement als haar minnaar. Maar ik verliet haar zonder de herinnering met me mee te nemen aan de liefkozingen en de lieve woordjes waarmee ze me had overstelpt in ruil voor mijn zesduizend franc.
En toch waren er mannen die zich voor haar hadden geruïneerd.
Vanaf die dag gunde ik Marguerite geen rust. Olympe en zij zagen elkaar niet langer, en je snapt wel waarom. Ik gaf mijn nieuwe maîtresse een koets, sieraden, ik speelde, kortom ik deed alles wat je verwacht van een man die verliefd is op een vrouw als Olympe. Het nieuws van mijn relatie verspreidde zich.
Ook Prudence geloofde uiteindelijk dat ik Marguerite helemaal was vergeten. Marguerite zelf, misschien snapte ze wat me dreef, misschien liet ze zich zoals iedereen voor de gek houden, maar ze reageerde met grote waardigheid op de manier waarop ik haar iedere dag kwetste. Het enige was dat je zag dat ze leed, want iedere keer dat ik haar tegenkwam was ze bleker en neerslachtiger. Mijn liefde voor haar, die inmiddels de vorm had aangenomen van haat, verlustigde zich in haar verdriet. Diverse keren als ik afschuwelijk wreed was, wierp Marguerite me zulke smekende blikken toe dat ik bloosde over de rol die ik me had aangemeten, en ik had haar bijna vergeving gevraagd.
Maar die aanvallen van berouw duurden niet lang.
Olympe had inmiddels iedere vorm van zelfrespect afgelegd en begreep dat ze door Marguerite pijn te doen alles van me kon krijgen wat ze maar wilde. Ze hitste me, met de lafheid van een vrouw die daarbij de instemming heeft van een man, voortdurend tegen Marguerite op, en beledigde haar bij iedere gelegenheid.

[Verder lezen]



[1] Nog even ter herinnering: een louis d’or was twintig franc.

Reacties

Populaire posts van deze blog

1. Een veiling

3. Marguerite Gautier

2. Het boudoir van een lichte vrouw